Invoering van de 3-30-300-regel: bevordering van gezondheid en welzijn door stadsbossen
(Bright Vibes | Tim) De aanbevolen 3-30-300-regel houd in dat iedere burger vanuit zijn huis minimaal drie bomen moet kunnen zien, dat in iedere buurt 30% van de omgeving bedekt moet zijn met bomen en dat iedereen maximaal 300 meter van de dichtstbijzijnde grote groene ruimte moet wonen.
Van betonnen jungle naar stadsbos met de 3-30-300 regel
Stedelijke bossen of bieden een breed scala van essentiële voordelen. De huidige wereldwijde uitdagingen, zoals de klimaatverandering, de achteruitgang van het milieu en de COVID-19 pandemie, hebben geleid tot een groter bewustzijn van het belang van stadsbomen en groene ruimten.
De 3-30-300-regel is gericht op de cruciale bijdragen van de stadsnatuur aan gezondheid en welzijn
(N.B.: Het volgende artikel is geschreven door Prof. Cecil Konijnendijk van den Bosch en oorspronkelijk gepubliceerd op LinkedIn op 19 februari 2021)
Stedelijke stadsbossen bieden een breed scala aan essentiële voordelen. Huidige wereldwijde uitdagingen, zoals klimaatverandering, aantasting van het milieu, en de COVID-19 pandemie, hebben geleid tot een toegenomen bewustzijn van het belang van stedelijke bomen en groene ruimten.
Wanneer ik werk met steden, nationale regeringen en internationale organisaties, wordt mij vaak gevraagd naar specifieke richtlijnen voor het ontwikkelen van succesvolle stedelijke bosbouwprogramma’s. Meestal heb ik dat geweigerd, omdat elke stad anders is, waardoor het moeilijk is in verschillende contexten en omgevingen overdraagbare doelstellingen vast te stellen voor bijvoorbeeld de bedekking van het bladerdak van stedelijke bomen. De huidige stand van onderzoek en praktijk, de dringende noodzaak om onze steden en wijken groener te maken, en de roep om richtsnoeren van besluitvormers hebben mij er echter toe aangezet mijn mening te herzien.
Hoewel situaties altijd complex en verschillend zullen zijn, en richtlijnen niet in steen zijn geschreven, zou ik willen pleiten voor een nieuwe vuistregel voor stadsbosbouw en stedelijke vergroening: de 3-30-300 regel. Deze regel richt zich op de cruciale bijdragen van stadsbossen en andere stadsnatuur aan onze gezondheid en ons welzijn. Hij erkent ook dat we rekening moeten houden met veel verschillende aspecten van het stadsbos om succesvol te kunnen zijn. Ook wordt aandacht besteed aan de noodzaak om stedelijke bossen te laten doordringen in onze leefomgeving. Tegelijkertijd is het eenvoudig te implementeren en te monitoren.
3 bomen voor elk huis
De eerste regel is dat elke burger vanuit zijn huis minstens drie bomen (van een behoorlijke omvang) moet kunnen zien. Recent onderzoek toont het belang aan van nabijgelegen, vooral zichtbaar, groen voor de geestelijke gezondheid en het welzijn. Tijdens de COVID-19-pandemie waren mensen vaak aan huis of directe woonomgeving gebonden, waardoor ze nog meer belang hechtten aan bomen en ander groen in de buurt, in tuinen en langs straten. De Deense gemeente Frederiksberg heeft een bomenbeleid dat erop aandringt dat elke burger vanuit zijn huis of appartement ten minste één boom ziet. Wij zouden nog een stap verder moeten gaan.
30% boombedekking in elke buurt
Verschillende onderzoeken toonden een verband aan tussen groene daken en verkoeling, een beter kleinschalig klimaat, mentale en fysieke gezondheid, en misschien zelfs vermindering van CO2-uitstoot en lawaai.
Door meer groene buurten te creëren, moedigen we mensen aan om ook vaker buiten te zijn en meer contact te maken met de buurt (dat invloed heeft op je sociale gezondheid).
Veel van de meest ambitieuze steden in de wereld in termen van vergroening, inclusief Barcelona, Bristol, Canberra, Seattle, en Vancouver, behaalden een target van 30% groene, bedekte daken.
Op buurtniveau behoort 30% een minimum te zijn, terwijl steden horen te streven naar meer groene dakbedekking, waar dat mogelijk is. Waar het lastig is voor bomen om te groeien en gedijen, zoals in droge gebieden, hoort het doel daar uit 30% te bestaan.
300 meter van het dichtstbijzijnde park of groene ruimte
In veel studies is gewezen op het belang van nabijheid van en gemakkelijke toegang tot hoogwaardige groene ruimte die voor recreatie kan worden gebruikt.
Een bondige wandeling van vijf minuten of 10 minuten door het gebied slenteren wordt vaak benoemd. Het Europees Regionaal Bureau van de Wereldgezondheidsorganisatie raadt een maximale afstand aan van 300 meter tot de dichtstbijzijnde groene ruimte van tenminste 1 hectare.
Dit stimuleert het recreatieve gebruik van de groene ruimte, met gevolgen voor zowel de lichamelijke als de geestelijke gezondheid. Uiteraard moet rekening worden gehouden met de lokale context, aangezien de behoeften in bijvoorbeeld voorstedelijke gebieden met een lagere dichtheid zullen verschillen van die in dichtere stedelijke gebieden.
Maar ook hier moeten inspanningen worden geleverd om toegang te verschaffen tot hoogwaardige stedelijke groene ruimte, bijvoorbeeld in de vorm van lineaire, groene ruimten die tevens dienst doen als fiets- en wandelpaden.
De toepassing van de 3-30-300-regel zal het plaatselijke stadsbos in veel steden verbeteren en uitbreiden, en daarmee de gezondheid, het welzijn en de veerkracht bevorderen.
Impact
Doe mee en draag positief bij.
- Laten we samen planten met Life Terra! 500 miljoen bomen tegen 2025! Life Terra is een stichting met een missie om mensen in staat te stellen nu impactvolle klimaatactie te ondernemen. Wij vergemakkelijken het planten van bomen, leiden toekomstige generaties op en ontwikkelen boombewakingstechnologie.
Bron: Bright Vibes
Je kunt ook interesse hebben in:
Thailand’s taxi’s worden groen met mini-tuintjes op autodaken