HoogsensitiviteitSpiritualiteit

Een hoogsensitief kind groot brengen is als een cadeautje dat jij elke dag mag uitpakken.

(Just Be You | Marian Palsgraaf) Een HSK (Hoogsensitief Kind) is puur, intens, een spiegel, een leraar, origineel en vooral ontwapenend.
Voordat ik zelf kinderen kreeg geloofde ik, zoals zovelen, dat kinderen opvoeden betekende dat je ze moet begeleiden, voeden, van alles leren, beetje ‘dresseren’ op zijn tijd, consequent moet behandelen en meer van dit soort verstandige dingen.

Maar vanaf het eerste moment dat ik mijn oudste zoon, kort na de bevalling in mijn armen hield, wist ik dat er iets heel anders ging gebeuren. Dit kind hoefde ik niets te leren, de kalme wijsheid die op dat moment al uit zijn ogen sprak liet mij voelen dat ik heel veel van dit kind zou gaan leren.

En dat is gebleken, iedere dag opnieuw. Inmiddels is hij ruim 17 jaar oud.

Hoogsensitief kind

Ieder kind is een leraar, maar een HSK biedt een extra dimensie.. Hun uitspraken en gedragingen zullen je meer dan eens versteld doen staan, diep ontroeren en heftig confronteren met je eigen demonen.

Naarmate deze kinderen ouder worden gaat groepsdruk natuurlijk wel een rol spelen (m.n. in de puberteit) en gaan ze zich, soms, aanpassen om niet uit de toon te vallen. Maar als een HSK van jongs af aan heeft geleerd dat gevoelig zijn niet ‘stom’, ‘afwijkend’ of ‘inferieur’ is maar een gift, zal ook een ouder kind zijn/haar authenticiteit behouden.

Het leren kanaliseren van de diversiteit aan prikkels, is voor de meeste HSK’s de grootste uitdaging in het dagelijks leven.

Kinderen zijn over het algemeen gevoelig voor allerlei interne- en externe prikkels. Hun zenuwstelsel is namelijk nog volop in ontwikkeling.

Hooggevoelige kinderen zijn, zoals het woord al zegt, extra gevoelig. Pikken veel meer details op, zowel op fysiek, mentaal als energie niveau, en raken ook veel sneller ‘overloaded’ door al die informatie. Hun hersenen maken veel meer verbindingen, hun zintuigen nemen veel scherper waar, hun lichamelijke prikkels zijn veel meer aanwezig, hun emoties intenser en hun empathisch vermogen is veel groter dan van het gemiddelde kind (als dat al bestaat).

Overprikkeling uit zich bij ieder kind anders.

Enkele gedragingen, waaruit jij kunt opmaken dat je kind overprikkeld is, zijn de volgende:

  1. Afreageren:
  • Druk doen
  • Rusteloosheid
  • Huilerig
  • Boos worden/driftig
  • Slechte concentratie
  • Ongelukjes
  1. Terugtrekken:
  • Stil, sluit zich af
  • Onbereikbaar
  • Wil met rust gelaten worden
  • Somber
  • Knorrig
  1. Fysiek:
  • Het koud hebben, rillerig
  • Hoofdpijn/migraine
  • Buikpijn
  • Geen honger – knoop in de maag
  • Moe
  • Geen geluid kunnen verdragen

Overprikkeling is niet altijd te voorkomen. Een kind doet iedere dag veel nieuwe ervaringen op en is, o.a. door school, gedwongen om veel tijd door te brengen met anderen. Meestal ook in een structuur en omgeving die niet zo goed past bij een HSK. Maar ook leuke activiteiten kunnen voor overprikkeling zorgen, o.a. door de intense emoties die het teweeg brengt.

Ziekte en pijn zijn ook bijzonder heftig voor een HSK, al die lichamelijke sensaties worden versterkt ervaren.

Meestal is een stapeling van prikkels de oorzaak van overprikkeling. Sommige kinderen zijn heel goed in staat om hun grenzen aan te geven, zeker als ze heel klein zijn en nog goed in contact met hun eigen gevoel. Moe is moe, boos is boos, en even rustig in een hoekje gaan zitten spelen wordt meestal ook niet gek gevonden.

Later, als er meer sociaal wenselijk gedrag om de hoek komt kijken, wordt het voor de empaten en de pleasers een stuk moeilijker om hun grenzen te bewaken. Ouders ‘verwachten’ bepaald gedrag van hun kinderen in verschillende situaties, en deze kinderen zijn zich heel bewust van wat anderen denken, bedoelen en verwachten. Extra verwarrend wordt het wanneer anderen in hun omgeving iets anders zeggen dan ze, onbewust, uitstralen of eigenlijk willen. Deze kinderen voelen dat. Die tegenstrijdige boodschappen zorgt vaak voor onzekerheid bij henzelf. Wat is nu de bedoeling?

 

Als ouder heb jij de taak:

  • Je kind te begeleiden en ruimte te scheppen waarin het helemaal zichzelf kan en mag zijn.
  • Aandacht en erkenning te geven. Probeer te verwoorden wat je kind voelt, zeg dat je het probeert te begrijpen. Laat je kind gewoon eerst even stoom afblazen of zich terug trekken als dat nodig is. Misschien kun je een code afspreken, of een gebaar (een knipoog bijvoorbeeld), waardoor je kind zich door jou gesteund voelt op momenten dat dat nodig is.
  • Te beschermen in situaties die je kind zelf niet kan overzien.
  • Je kind vertrouwd maken met het begrip hooggevoeligheid en wat dat betekent.
  • Leraren en begeleiders van je kind in te lichten m.b.t. de specifieke eigenschappen en gevoeligheden van je kind. Zodat ze hem/haar beter kunnen ‘lezen’en begrijpen.
  • Je kind weerbaar te maken, zonder afbreuk te doen aan zijn/haar empathisch vermogen.
  • Je kind te allen tijde het gevoel te geven dat het prima is zoals hij/zij is. Dat er niks ‘mis’ is als je extra gevoelig bent, dat het juist een hele mooie eigenschap is. Maar dat het betekent dat je ook heel goed voor jezelf moet zorgen.
  • Je kind te omringen met liefde, respect en vertrouwen.

Hieronder volgen enkele tips die je dagelijks kunt toepassen om je taak als ouder zo goed mogelijk uit te voeren. Deze lijst is natuurlijk bij lange na niet volledig. Zoek zelf naar de beste oplossingen voor jullie situatie. Observeer je kind en betrek hem/haar bij eventuele nieuwe ideeën.

Tips voor elke dag:

  1. Breng structuur aan in de dag/week en activiteiten van je kind.

Een HSK gedijt bij voorspelbaarheid en routine. De rust van een gestructureerd dagprogramma zorgt voor minder stress. Zoveel mogelijk op vaste tijden eten, sporten, spelen, ontspannen en gaan slapen enz.

  1. Voorkom een overvolle agenda, maak keuzes.

Niet iedere minuut van de dag hoeft geprogrammeerd te zijn, liefst niet! Laat ruimte voor ‘lummelen’, zodat je kind zijn eigen creativiteit kan ontdekken. Of lekker kan dagdromen, lezen, niks doen enz. Een kind ‘moet’ al heel veel op een dag. En ook al zijn al die clubjes, sporten en muzieklessen hartstikke leuk, er moet wel ‘eigen tijd’ over blijven. Voorkom dus een overvolle agenda.

  1. Bereid je kind voor op een afwijkend dagprogramma.

Bespreek met je kind hoe de dag er ongeveer uit gaat zien, zodat hij/zij niet voor verrassingen komt te staan. Een kind dat weet wat er gaat komen is eerder geneigd om mee te bewegen. Onverwachte zaken leidt nogal eens tot een soort ‘schrikreactie’ en vervolgens verzet.

  1. Maak ruimte voor ontlading.

Veel prikkels vraagt om ont- prikkeling als tegenbeweging om de balans te herstellen. Soms betekent dat bewegen, of lekker de natuur in, zich even terugtrekken op hun eigen kamer, soms juist even ‘spuien’, even iets creatiefs met hun handen doen, contact met een huisdier. Voor ieder kind kan dat op verschillende momenten iets anders zijn. Meteen na school een ander agenda punt is niet handig. Even ruimte voor die ontlading is aan te bevelen.

  1. Luister naar wat je kind nodig heeft.

Juist jonge kinderen kunnen vaak heel goed aangeven wat ze nodig hebben op dat moment. Vraag het ze gewoon. Je zult versteld staan van de antwoorden. Ook hele kleintjes die in de stress schieten en ineens tegendraads, opstandig en driftig worden geven aan dat de maat vol is. Als je ze de ruimte geeft geven ze vaak prima aan wat wel de bedoeling is op dat moment.

  1. Keur (afwijkend?) gedrag niet af.

Tja, wat is normaal. Een HSK staat dichter bij zijn eigen gevoel, is vaak bijzonder eigengereid en origineel. Het reageert intenser op gebeurtenissen en houdt er een levendige fantasie- en belevingswereld op na. Wordt vaak nukkig in overprikkelende situaties waar sociaal gedrag gewenst is, huilt sneller, ervaart meer pijn en reageert op emoties van anderen. Het voelt vaak feilloos aan of iemand oprecht is en komt vaak met rake opmerkingen. Is dat afwijkend? Nee, dat is authentiek. Smoor die authenticiteit niet door je kind te willen conformeren aan de massa. Erken zijn zuivere persoonlijkheid en begeleid het rustig binnen de sociale grenzen. Zeg nooit: ’Doe eens normaal! Stel je niet zo aan! Doe niet zo flauw! Stop met huilen. Wat weet jij daar nou van’, en dit soort opmerkingen.

  1. Bouw de dag rustig af.

Probeer zoveel mogelijk toe te werken naar een rustige afbouw van de dag. Geen drukke activiteiten, spelletjes en ravot partijtjes voor het slapen gaan. Geef je kind d tijd om de gebeurtenissen van de dag op zijn/haar manier te laten bezinken. Zorg dat er ruimte overblijft om je kind iets te laten doen waar hij/zij rustig van wordt. Voor de een is dat nog even met lego spelen voor de ander lezen of even tekenen/knutselen, met een knuffel op de bank t.v. kijken enz.

  1. Maak een ritueel van het slapen gaan.

Door het slaapritueel volgens een vaste routine te laten verlopen, ontstaat er een soort conditionering, waardoor het voor je kind veel gemakkelijker zal zijn om de gebeurtenissen van de dag achter zich te laten en zich klaar te maken om te gaan slapen. Voorspelbaarheid voelt vertrouwd en veilig. Dat hoeft echt geen uitgebreid ritueel te zijn. Samen naar boven om pyjama’s aan te doen, tandjes te poetsen, nog even kletsen over de afgelopen dag, even bespreken wat er de volgende dag eventueel op het programma staan, een fijn muziekje misschien nog even voorlezen. Houd het simpel, rustig en voorspelbaar

  1. Leer een kind zichtzelf te ‘aarden’.

Ook hele jonge kinderen kun je dit al leren. Het helpt ze om in hun eigen energie te blijven.

Het hoeft niet eens met zoveel woorden. Kleine kinderen kun je laten stampen met hun voetjes voordat ze de school binnen gaan (onder hem mom van schoenen vrij maken van zand). Oudere kinderen kun je leren zich even te concentreren op hun voeten en alle tenen te tellen bijvoorbeeld. Voorstellen dat er wortels uit je voeten groeien, waarmee je stevig verankert zit in de grond. Even dansen en springen is ook een goede manier. Het gaat erom dat ze leren ‘afzakken’ in hun lichaam en zich bewust zijn van hun ademhaling. Oppervlakkig ademen zorgt ook voor onrust. Diep ademhalen brengt rust in je lijf. Zoek een manier die bij jou en je kind past.

  1. Praat met je kind over gevoelig zijn.

Praat met je kind over de aspecten en uitdagingen van het gevoelig zijn. Dat niet iedereen alles zo voelt en ervaart als zij. Ze zijn niet beter als een ander, maar zeker ook niet minder! Laat ze weten dat het allemaal oké is. Dat ze zichzelf mogen zijn.

Aangezien hooggevoeligheid erfelijk is, is het zeer waarschijnlijk dat jijzelf, je partner of jullie allebei ook hoog sensitief zijn. Dat maakt het aan de ene kant gemakkelijker om een HSK op te voeden (je begrijpt zijn wezen goed) en is aan de andere kant de ultieme uitdaging: ook jij bent vatbaar voor overprikkeling. En een HSK opvoeden in een maatschappij die daar niet op is ingericht vergt nogal wat van je als ouder. Ook voor jou ligt overprikkeling en over-emotioneel reageren op de loer.

Hoe stabieler jij bent, hoe rustiger jij kunt reageren op de behoeften en momenten van overprikkeling van je kind.

Goed voor jezelf zorgen is dan ook het beste advies voor jou. Daarmee blijf jij de stabiele factor voor je kind en ben je meteen een goed voorbeeld voor je kinderen. Opvoeden is voorleven.

Dus als jij graag wilt dat jouw kind(eren) leren om zichzelf in balans te houden zul je zelf het goede voorbeeld moeten geven, dit voorbeeld moeten voorleven.

Doe er uiteindelijk allebei je voordeel mee.

Bron: Just Be You